Gisteren gaf ik mezelf, zo bleek, een onbedoelde uitdaging. En nee, het was niet een vijfgangendiner voorbereiden, ook was er geen sprake van ‘hoe hou ik vandaag gezellig met alle familie’-stress, geen ‘hoe krijg ik iedereen op tijd en happy in de auto op weg naar…’

Dit jaar had ik mezelf cadeau gedaan om tweede kerstdag helemaal niets gepland te hebben, niets te hoeven, niets te doen. Had ik me voorgenomen echt enorm te gaan genieten van het niks doen. Weken heb ik er naar uitgekeken.

Niks doen
En toen werd het kerst, was op de eerste dag om 22.00 uur het bezoek weg en begon die ingewikkelde uitdaging….niks doen. Want je kunt wel met jezelf afspreken dat je niks hoeft te doen, maar dan ook daadwerkelijk het ‘niks doen’ in de praktijk uitvoeren … mijn hemel, wat een gedoe is dat dan, dat niks doen! Mijn systeem staat al zo lang op ‘aan’, privé en zakelijk, dat die knop zich niet zomaar laat uitzetten. En natúúrlijk weet ik hoe het werkt, als geen ander! Maar niks menselijks is mij vreemd en ook mijn mind vindt hier dus iets van en wil dit naar zijn hand zetten.

Onrust
Merk ik, dat zodra de rust haar intrede wil doen, er van alles intern op tilt slaat bij mij: ineens van alles willen eten van al dat lekkers in huis (terwijl ik geen trek heb), toch aan de slag met het uitzoeken van een nieuwe zorgverzekering (terwijl dit ook na de kerstdagen nog kan), ik alweer bijna opsta om toch die was in te zetten (die best een dagje kan blijven liggen), en zou ik toch niet snel nog even …….

Dussss, zei ik tegen mezelf met deze onrust te gaan zitten en te blijven zitten, totdat ik rust zou voelen komen. Naar de onrust te kijken, ín de onrust te gaan zitten en voelen. Wat gebeurt er nu eigenlijk? En dan, dan val ik eerst bijna in slaap (mind you: het is pas twaalf uur ‘s middags). Ik ben ook hartstikke vermoeid én in slaap vallen is ook een escape om maar niet te hoeven voelen, een ontwijkmechanisme om dát wat gezien wil worden maar niet te hoeven te ont-moeten.
Zodra ik meer wakker word, is de onrust weer (nog steeds) daar. En daarmee ook de beweging om iets te gaan doen, zodat dit oncomfortabele gevoel maar verdwijnt. Gatver, zó geen zin in dit geneuzel……

Dat wat eronder zit
Door de weerstand van deze onrust heen blijf ik zitten, kijk naar de onrust steeds meer vanaf een afstandje, minder het ‘mijn’ onrust makend. En dan komt er een stroom van eindeloze moeheid op, vervlochten met angst en verdriet. Oude patronen van controle willen hebben, willen weten hoe mijn koers eruit gaat zien, want anders… ja wat ‘want anders’ eigenlijk? Stomme mindfuck. Pietje Zekerheid laat weer van zich horen, net zoals vier jaar geleden toen ik het besluit nam fulltime voor mezelf te beginnen en ik de (schijn)zekerheid van in loondienst werken, losliet. En nu dus weer, omdat ik besloten heb mijn vizier op grootsere dingen te richten. Waar ik dus nul zicht op heb, als de dood ben dat het mislukt (en ik vergeet te kijken naar ‘wat als het wel lukt?!’) en diepe, al zo ver uitgewerkte thema’s als ‘wat zullen anderen van mijn ambitie vinden?’ (‘kak aan hebben, Sas!’. O ja 😳) en ‘wie ben ík nou?’ (‘Waarom niet jij, Sas?!’) wéér over elkaar heen buitelen…..

Ik laat ze komen, als golven over en door me heen, laat ze er zijn en adem er doorheen, af en toe bevangen door angst, soms met een traan. Alle opkomende gevoelens en emoties laat ik zijn en ik ‘question it’, zoals ze zo mooi in het Engels zeggen.

Beloning
En dan komt de beloning: rust, ontspanning, licht en een gevoel van ruimte en vrijheid. De verstikking neemt af, mijn ademhaling komt op gang, mijn schouders ontspannen, de stress stroomt uit mijn benen en ik voel mijn gezicht verzachten. Pfffffffff. Adem in adem uit.
Voel ik voorzichtig vertrouwen en overgave binnenkomen. Mijn hart voelt nog wat zwaar, een wegebbende pijn. En dat is oke. Zoals dit hele proces oke is, alles mag er zijn. Één stap tegelijk, Sas. Één stap tegelijk.