Stuiterend komt ze binnen. Overlopend van enthousiasme over haar nieuwe, fijne baan, haar relatie die super gaat, het onverwachtse weekje weg, dat ze vanavond gezellig met vriendin XYZ gaat eten en en en…

Wanner geluk het verdriet wegdrukt

En ze vergeet adem te halen, écht goed adem te halen. Ik laat Myra even spuien en luister. (H)erken haar behoefte om eerst van alles eruit te ratelen. Ik zie, dat ze hoog in haar systeem zit, hoe ze struikelt over haar woorden in haar haast om te delen. En voel dat ze onbewust of bewust hard aan het werk is om zichzelf te overtuigen van haar geluk en misschien nog wel harder bezig is met het onderdrukken van een verdriet of pijn. Het genieten van al het moois in haar leven lijkt bijna een dwangmatig iets, een ‘moeten’ genieten, een middel om iets anders maar niet te hoeven voelen.

Omdat anderen het veel zwaarder hebben

Wat mag er niet zijn? Myra herkent dit onderdrukken. Het is een voor haar bekend patroon: dat van ‘maar ik heb het echt goed, ik heb zoveel om dankbaar voor te zijn, dus ik mag niet miepen, anderen hebben het veel zwaarder’ of een variant hierop. Natuurlijk heeft Myra het ook goed én mag ze best ‘miepen’. Ook als anderen het veel zwaarder hebben.

Dat je gelukkig bent, wil niet zeggen, dat verdriet of pijn over andere gebeurtenissen er dan niet mag zijn of gevoeld mag worden. Of dat jouw verdriet geen recht van bestaan heeft, omdat het verdriet van een ander veel heftiger is. Ik geloof, dat juist als je je pijn omarmt, dit maakt dat én het issue minder macht over je krijgt én dat je dan echt vanuit je hart intens kunt genieten van dat wat er allemaal wel goed gaat. Een win-win.

Herkennen en erkennen

Lastig, vindt Myra. Want er piept dan meteen schaamte of schuldig voelen omhoog. Interne stemmetjes die tegen je aantetteren, dat je een ondankbaar wicht bent, een zeurpiet, een aansteller. Dat het echt nergens op slaat, dat je je eenzaam voelt, terwijl je het zo goed hebt. Dus wat nu?

Het herkennen en erkennen van het verdriet, de pijn is een eerste. Bij Myra is dat het gemis van het fijne contact met haar broer en zus. Myra is meer gaan kiezen voor zichzelf, zet zichzelf vaker op de eerste plaats i.p.v. altijd het belang van de ander voorop te stellen. Hiermee heeft Myra zich uit de positie weten te wrikken, waar ze in haar jeugd ingeduwd is. Een positie die haar steeds slechter paste. Haar broer en zus trekken deze veranderingen echter niet zo best. Zijn niet gewend dat Myra ook weleens ‘nee’ zegt en dan ook nog voet bij stuk houdt. Laten dit ook luid en duidelijk weten aan Myra.

Kiezen voor jezelf geeft soms hobbels

Myra, die nog steeds het liefst de lieve vrede bewaart en harmonie enorm belangrijk vindt, voelt zich heen en weer geslingerd. De makkelijkste oplossing lijkt om terug te gaan in de bekende groef om zo de band met haar broer en zus te herstellen. Ten koste van zichzelf.

En maakt Myra de keuze om weg te blijven van die oude, bekende groef, met als gevolg een verstoorde relatie met haar broer en zus. Mag ze zichzelf toestaan om te voelen dat ze verdriet heeft van hun afwijzende houding. Naast al het geluk dat ze ervaart.